Lou Zink

Herinneringen aan Lou Zink

verteld door Lydia Hoenjet-Zink op de uitvaart op 9 oktober 2024.

Mijn herinneringen zijn wat wazig, maar iets wat eruit springt is wel de periode op het vliegveld. Maastricht-Aachen Airport. Toen nog gewoon vliegveld Beek.

Hier hebben Rob en ik heel wat uurtjes doorgebracht. We gingen in de weekenden mee met mijn vader als hij rondvluchten verzorgde. Dan zaten wij in het toen nog kleine gebouwtje naast het platform waar de vliegtuigen stonden. En zagen de vliegtuigjes voor onze neus vertrekken en landen. Je kon toen zo vanuit dat gebouw met terras naar de vliegtuigjes lopen en voelde de sterke wind als een groot vliegtuig landde. Ik weet dat we ook mochten kijken in de hangaar, waar de vliegtuigjes werden gestald of gerepareerd. En zelfs mochten we kijken wanneer de slepen voor achter de vliegtuigjes klaargemaakt werden. Samengesteld uit reuze grote letters die op ingenieuze wijze aan elkaar gekoppeld werden. En daarna door de vliegtuigjes met een soort duik opgepikt werden.

Maar het meest interessante was natuurlijk dat wij ook af en toe mee mochten met de vluchten. De eerste keer was ik nog heel jong en vond het best wel spannend.

Er volgden nog meerdere keren. En we vonden dat heel gewoon. Jaren later besefte ik eigenlijk pas hoe speciaal dit allemaal was.

In zijn laatste jaren nog thuis in Klimmen kon pa nog altijd met plezier vertellen over die periode. Zoals die keer dat hij een discjockey op moest halen in Drente . Dat was Antonio Parker de grondlegger van de drive in shows van Toppop . Toen ze landden in Beek riep Antonio: ik ben de bekendste discjockey die er is. Waarop de verkeersleider zei; en ik ben de beste verkeersleider die er is.

Of die keer dat hij de 3 landen vlucht maakte en bij de Vaalserberg over een FKK gebied vloog – een naaktloop gebied. Waar hij een extra rondje maakte. En vervolgens zijn collega’s inlichtte, waardoor het ‘s middags opeens erg druk was in de lucht boven dat gebied.

Dan vertelde hij ook over de noodlanding die inderdaad de krant en het nieuws gehaald hebben.

In de laatste jaren dat je nog in Klimmen woonde kregen we weer wat meer contact.

Je had daar een klein tuintje waar je van kon genieten. Ik plantte er mooie bloemetjes in de bakken voor je. Die je dan ‘s avonds water gaf, zolang dat ging. We konden samen op het terras genieten van de vlinderstruik en het roodborstje dat je vogelhuisje in en uit vloog. Je praatte niet veel over gevoelens, maar wanneer ik aan kwam had je een smile van oor tot oor op je gezicht. Dat maakte veel goed.

We zijn ook nog een paar keer naar Brigitte gegaan samen, een paar jaar geleden. Het was prachtig weer. En je bent zelfs nog met ons in de rubberen opblaasboot van Brigitte gestapt en je hebt zelf nog een stukje geroeid op de Heelderpeel. Daarna heerlijk buiten gezeten in het tuintje bij Brigitte. Mooie herinneringen.

Je ging steeds iets verder achteruit en had steeds meer hulp met alles nodig. Hoewel jou antwoord altijd was; hoof neet, ies neet nuedig. Maar het was echt wel nodig.

Toen je in Valkenheim terecht kwam, heb je gelukkig goed kunnen wennen en voelde je je op je plek. Je was een aardige en dankbare gast, die geliefd was bij medebewoners en personeel. Ze gaan je missen daar. We hebben nog vaak gewandeld langs de geul, maar ook door het centrum en langs het Th.  Dorrenplein, langs de plek waar je huis ooit stond. Wonderbaarlijk genoeg, wist je soms nog glashelder de straten te benoemen en ook in de grote straat opeens te zeggen; hie hub iech gewoond. Soms aten we een ijsje bij Botterweck of dronken iets op een terras. Of gewoon een rondje door Valkenburg lopen. Je kon hier van genieten.

De laatste keer dat ik met je door het centrum liep zijn we nog de oude kerk binnen gegaan en hebben een kaarsje opgestoken voor je broer en zussen.

Nu zullen we er eentje opsteken voor jou.

Je mag nu verder vliegen, naar boven in de lucht waar jij je thuis voelde. Wij wensen je een GOEDE VLUCHT.

Lydia Hoenjet-Zink